Nee, het hoogtepunt van oktober was niet het TestNet najaarsevenement.
Het hoogtepunt van oktober was een KBV-tje (Klein Bruin Vogeltje), genaamd de Daurische Klauwier (Lanius isabellinus). ‘Wablief?’ hoor ik je denken. Laat ik het even uitleggen.
Op 19 oktober gingen wij met de Natuurgroep Kockengen mee op excursie naar Waverhoek, een nieuw aangelegd moerasachtig natuurgebied bij Botshol. De NGK organiseert door het jaar heen leuke vogelexcursies en daar doen wij graag aan mee.
Dat ziet er gemiddeld ongeveer zó uit.
Een van onze gidsen, Theo, heeft maar één oog, maar daar kan hij ontzettend goed mee kijken. En twee oren, waarmee hij op kilometers afstand een rietzanger kan ontdekken…
Op een gegeven moment, terwijl wij naar een gigantische groep ganzen- en eendensoorten stonden te kijken, gelardeerd met een stelletje blauwe kiekendieven, een torenvalk en een paar watersnippen, zei hij ineens: “Ik zie daar tussen het riet een klein bruin vogeltje dat wel eens een klauwier zou kunnen zijn; volgens mij heeft hij dat kenmerkende maskertje rond zijn ogen.” Nu is een klauwier best bijzonder, die zie je niet iedere dag, dus de hele meute richtte hun verrekijkers op een bosje riet, een metertje of twintig verder het moeras in. En jawel, na enig wikken en wegen waren we het erover eens dat het beestje, dat daar rustig bovenin een rietpluim in de wind zat te wiegen, een klauwier moest zijn. Alleen, hij miste net een paar identificerende kenmerken van de weliswaar zeldzame, maar toch bekende Grauwe Klauwier.
Na nog meer wikken en wegen, met alle beschikbare vogelgidsen in de hand, kwamen de echte kenners tot de conclusie dat het niets anders kon zijn dan de Daurische Klauwier. Alleen, die hoort thuis in Mongolië en Noord China, en dat is best wel ver vliegen voor zo’n klein vogeltje. Ik was de enige die een fatsoenlijke camera bij me had, dus mij viel de eer te beurt om L. isabellinus op de gevoelige plaat vast te leggen ten bewijze van onze onmogelijke vondst.
Inmiddels had onze voorzitter via zijn smartphone uitgevonden dat de Daurische Klauwier vanaf 1995 tien keer in Nederland was waargenomen, waarvan slechts één keer in het binnenland. En hij had hem natuurlijk meteen aangemeld op Waarneming.nl, want dat doe je als rechtgeaarde vogelaar in zo’n geval. Onze melding was gepost om 10:53. Binnen enkele minuten kwam de eerste vogelaar met een metertje telescoop aangerend en vóór de dag om was stonden er meer dan honderd meldingen op Waarneming.nl, waaronder prachtige close-ups en filmpjes. Het beestje is blijkbaar tamelijk honkvast want hij is er nog bijna een hele week blijven zitten. En wij haalden er de krant mee… Tja, dat was echt een once-in-a-lifetime ervaring. Als je dat nog geen hoogtepunt noemt!
Het op één na hoogste hoogtepunt van oktober was nog steeds niet het TestNet najaarsevenement. Op nummer twee staat namelijk het feest dat Corrie en ik organiseerden bij gelegenheid van ons beider zestigste verjaardag. Ik ben jarig in september, zij in december, dus oktober vonden we een mooi compromis. We hadden op zondagmiddag een High Tea geregeld in het Koetshuis van Kasteel Haarzuilens. Ruim zeventig familieleden, vrienden en dorpsgenoten waren samengestroomd om te delen in onze feestvreugde. Erg geslaagd en reuze gezellig.
We werden verrast op een optreden van Anita, die, begeleid door Sebas aan de piano, ‘When I’m sixty-four’ van de Beatles zong, op een voor de gelegenheid licht gedownsizede tekst. Ook de bijbehorende rondleiding door het kasteel, met als intrigerend thema ‘Slaapkamergeheimen’ werd door iedereen zeer op prijs gesteld.
Het op twee na hoogste hoogtepunt van oktober? Nee, niet het TestNet najaarsevenement. Het was de start van de TPI Next assessment bij de Belastingdienst. Op 30 oktober begon ik, samen met een paar Polteq collega’s, aan een nieuwe klus bij de Belastingdienst in Apeldoorn. Een megaklus mag ik wel zeggen. In anderhalve maand gaan we de volwassenheid van de testprocessen bij de Belastingdienst meten aan de hand van TPI Next. We doen dat in een gemengd team van Polteq en Belastingdienst assessoren, in het totaal ruim twintig man/vrouw. De kick-off was indrukwekkend.
Ik loop nu ruim dertig jaar in de IT rond, heb altijd gewerkt bij bedrijven die de Belastingdienst als klant hadden, maar had daar tot voor kort – via een wonderlijke speling van het lot – nooit gewerkt. Mijn mond viel wel een beetje open van verbazing. De omvang van de IT-operatie is daar gigantisch. En door die omvang is men er echt in staat om de zaak tot aan het gaatje professioneel aan te pakken. Echt alle processen zijn er volgens de laatste standaards en normen ingeregeld; alle testers goed opgeleid en in bezit van die door sommigen zo vermaledijde certificaten.
Oké, zelfs dan loopt niet alles op rolletjes, en zelfs dan valt er van alles te verbeteren. Maar dat nemen ze dan ook serieus en trekken er ruim tijd, geld en aandacht voor uit om de huidige procesvolwassenheid en mogelijke verbeteringen in beeld te brengen. Daar zouden heel wat grote IT-clubs een voorbeeld aan kunnen nemen.
Ik maakte kennis met mijn mede-assessoren van de Belastingdienst en constateer met genoegen dat ik mag samenwerken in twee gemotiveerde teams die voluit gecommit zijn om het onderzoek tot een succes te maken. Dat wordt dus genieten de komende maand en het vormt een leuke afwisseling waar ik graag mijn cursustaken voor opschort. ’t Is ook wel goed om als docent regelmatig weer eens aan het front te staan, in plaats van het vak vanuit de ivoren toren te overzien. Toch?
Net buiten de prijzen, op plaats vier, vinden we eindelijk het TestNet najaarsevenement. Altijd leuk, goed, gezellig, in de vertrouwde omgeving van het NBC. Het onderwerp was wellicht wat controversieel Exploring Context-Driven Testing, maar de opkomst was weer ruim over de 500 man en de sfeer was als vanouds.
Ik had alleen een beetje pech met de timing. Ik zou eigenlijk ’s middags track-chair wezen bij lezingen van Jeanne Hofmans en Rik Teuben, maar een interview bij de Belastingdienst kwam daar tussen, dus ik moest verstek laten gaan. Michiel Vroon was gelukkig zo vriendelijk om voor mij in te vallen, dus de tracks liepen ook zonder mij naar behoren. Bedankt, Michiel.
Ik kon alleen het avondprogramma bijwonen. Het eten was weer voortreffelijk, het netwerken plezierig, de keynote een beetje warrig en het programma boeiend. Een van de lezingen was van mijn Polteq collega Wim, dus daar zat ik samen met collega Kees op de eerste rij voor morele steun. De andere lezing die ik volgde, van een Deense dame over exploratory testen, was erg interessant: dat gaf eindelijk eens concreet inzicht in wat je via deze aanpak (techniek?) kan bereiken. Na afloop heb ik nog met wat TNN-redacteuren een glaasje gedronken en keerde na de klok van tien moe maar voldaan huiswaards. Met in het achterhoofd de geruststellende gedachte dat we dit evenement weer hebben ondersteund met een fraaie special van TestNet Nieuws.
En toen was de maand weer om. En moest ik weer gaan zoeken naar de tijd om er een verhaaltje van te maken. Gelukt…